Astma en allergien, Gezondheid
Leave a comment

Lactose intolerante volwassenen geholpen met probiotica

Evolutionair gezien is het bijzonder dat volwassen mensen nog steeds lactose kunnen verteren. Andere zoogdieren als de mens kunnen dit niet meer na de fase van borstvoeding (eigen moedermelk). Het enzym dat lactose verteerd wordt stil gelegd, behalve bij die mensen, die al meer dan 8000 jaar melkproducten van geiten, schapen, koeien als voedsel tot zich nemen. West-Europeanen hebben aantoonbare mutaties in hun genoom, waaruit blijkt, dat zij als volwassene nog steeds melk en daarmee lactose kunnen verteren zonder dat dit gepaard gaat met gasvorming in de dikke darm. Deze mensen zijn dus lactase-persistent wat zoveel wil zeggen, dat dit enzym werkzaam blijft na de borstvoedingsfase. Toch is 75% van de wereldbevolking lactose-intolerant en kan geen zoete melk verteren.

Er is een verschil tussen lactose-intolerantie en melk-allergie. Melk-allergie is een immuniteitsprobleem, waarbij vooral kinderen reageren op het melkeiwit. Het sterkst verdachte melkeiwit is het verhitte wei-eiwit β-lactoglobuline en na herhaalde blootstelling (sensibilisering) volgt een allergische reactie (Abbring et al., 2018). Lactose-intolerantie is het gebrekkig of niet functioneren van het enzym lactase, dat melksuiker afbreekt. Melksuiker (C12) wordt in de dunne darm gesplitst in Glucose (C6) en Galactose (C6) en beide suikers worden in het bloed opgenomen en verder gebruikt. Bij mensen die lactose-intolerant zijn, belandt melksuiker echter onverteerd in de dikke darm en zorgt daar voor problemen als een opgeblazen gevoel, rommelende darmen en pijn in de buik. Mensen die per se melk willen drinken, slikken soms een pilletje met lactase, het enzym dat de lactose afbreekt.

Er zijn verschillende tests om aan te tonen, dat mensen echt lactose-intolerant zijn. De belangrijkste is een ademtest na het innemen van een hoeveelheid lactose. De arts meet de uitademing van waterstof (H2), dat door de dikke darmbacteriën in verhoogde hoeveelheden wordt vrijgemaakt, via het bloed en de longen wordt uitgeademd en als een aanwijzing dient voor het niet-verteren van lactose in de dunne darm.

Italiaanse onderzoekers hebben een groep patiënten gescreend op echte lactose-intolerantie (Vitellio et al., 2019). 23 Patiënten (48 jaar; BMI=23,2; 83% vrouwen) met aangetoonde lactose-intolerantie werden onderworpen aan 2 supplementen. De ene bevatte een mix van twee geselecteerde bacteriestammen in gedroogde vorm: Bifidobacterium longum BB536® en Lactobacillus rhamnosus HN001 tezamen met Vitamine B6 (BLB6). De controlegroep kreeg een zakje met onwerkzame suikers (suiker). Het onderzoek werd uitgevoerd als cross-over studie, wat betekent, dat iedere patiënt na elkaar zowel onderworpen werd aan de placebo als aan de bacteriën. Dit is mogelijk door de mensen na elkaar enkele weken lang het ene of het andere te geven met een tussenperiode, waarin niets wordt gegeven. Het onderzoek was geblindeerd en patiënten wisten dus niet of men in de 1e of 2e periode de bacteriemix kregen.

Men onderzocht een aantal subjectieve scores (hoe voel je je, hoe sterk is het opgeblazen gevoel, hoe is de poep gevormd), maar ook werden poepmonsters beoordeeld op hun samenstelling qua bacteriën en bacteriële stofwisselingsproducten.

Na 30 dagen blijkt, dat de BLB6 groep een significante afname heeft van het opgeblazen gevoel (P= 0,028). Verschillende groepen bacteriën waren hoger in de poepmonsters van de BLB6 groep, waaronder de Bifidobacteriën, echter niet de Lactobacillen. De onderzoekers zagen een correlatie tussen de hoeveelheid Bifido en opgeblazen gevoel en buikpijn: hoe meer Bifido in de poep, hoe geringer de klachten. Ook waren er bacteriegroepen juist afgenomen, waaronder Enterobacter en Klebsiella. Een reeks aan bacteriële stofwisselingsproducten was anders in de twee groepen.

In een ander onderzoek met patiënten die lactose-intolerant zijn, werd een ander type probioticum gebruikt (Gingold-Belfer et al., 2019). In dit probioticum leveren de specifieke bacteriën een verhoogd niveau van het enzym beta-galactosidase, waartoe ook het lactase-enzym behoort. In plaats van een pil met het enzym lactase, neem je een probioticum, dat dit enzym lactase in verhoogde concentratie produceert. Hoewel het hier om een klein aantal personen ging, verdwenen de meeste klachten rondom lactose-intolerantie.

Kennelijk kunnen gefermenteerde melkproducten bacteriën leveren, die zelf ook de vertering van lactose ondersteunen en de problemen van lactose-intolerantie verminderen, dan wel opheffen. Deze onderzoeken geven in elk geval aan, dat zelfs in gedroogde vorm, geregelde inname van voldoende bacteriën de klachten vermindert. Of dit alleen voor zeer specifieke bacteriestammen geldt, moet verder onderzocht worden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.