Voor de huidige, maar zeker voor toekomstige generaties consumenten is het antibiotica-gebruik in de veehouderij een grote kopzorg. Ten eerste worden antibiotica gebruikt, die je eigenlijk moet reserveren voor echte noodgevallen en ten tweede is er de toenemende invloed van bacteriën die resistent zijn geworden tegen antibiotica. Het was een mooie uitvinding toen Fleming de Penicilline ontdekte, die ervoor zorgde, dat (ongewenste) bacteriegroei geremd werd. De intensieve veehouderij, vooral ook in Nederland, heeft echter allerlei nieuwe antibiotica in gebruik genomen als groei-bevorderaar van varkens en kippen. In plaats van antibiotica als laatste redmiddel werd antibiotica ingezet voor meer gewin. De gebakken peren zitten bij mensen die in het ziekenhuis niet meer reageren op een antibiotische behandeling tegen infecties. Het wordt moeilijk om dergelijke mensen nog te opereren, omdat elke operatie met een antibiotische bescherming wordt uitgevoerd. Slechts weinig veehouders hebben de moed en kennis om volledig vrij van antibiotica hun productiesysteem vorm te geven. Gelukkig neemt hun aantal wel toe. Onderzoek onder Zwitserse melkveehouders, die het zonder antibiotica redden, blijkt dat zij een andere aandacht hebben voor hun dieren (denken vanuit preventie, inleven in hun werkelijke behoeftes) en dikwijls een ander slag koeien (fokkerij) selecteren.
Foto: liggende, herkauwende melkkoeien op een BD-bedrijf in de Allgäu (D)
1 Reactie